Oefenexamen 06

Quiz samenvatting

0 of 20 Vragen completed

Vragen:

Je hebt de quiz al eerder voltooid. Daarom kun je hem niet meer opnieuw starten.

Quiz is aan het laden…

Je moet inloggen of inschrijven om de quiz te starten.

U moet eerst het volgende invullen:

Resultaten

Quiz afgerond. Resultaten worden opgeslagen.

Resultaten

0 of 20 Vragen answered correctly

Uw tijd:

Huidig
Review
Beantwoord
Goed
Fout

Vraag 1 of 20

1. Vraag
Welke stelling is juist over het eigenwoningforfait?
- Het eigenwoningforfait is een vast bedrag en is gelijk voor elke belastingplichtige.
- Het eigenwoningforfait is een vast bedrag en kan verschillend zijn per belastingplichtige.
- Het eigenwoningforfait is een percentage en is gelijk voor elke belastingplichtige.
- Het eigenwoningforfait is een percentage en kan verschillend zijn per belastingplichtige.
Goed

Fout
Vraag 2 of 20

2. Vraag
Aan welke 3 eisen moeten een verzekeringsovereenkomst tenminste voldoen, voordat er daadwerkelijk sprake is van een verzekering?
- Een uitkeringsverplichting, premie betaalplicht, getekende overeenkomst.
- Een uitkeringsverplichting, premie betaalplicht, onzekerheid.
- Een uitkeringsverplichting, premie betaalplicht, minimaal 3 partijen.
- Een uitkeringsverplichting, premie betaalplicht, minimaal 4 partijen.
Goed

Fout
Vraag 3 of 20

3. Vraag
Wat is wilsovereenstemming?
- Er is een getekende overeenkomst.
- Er is overeenstemming en er wordt gehandeld uit vrije wil.
- Er is geen sprake van chantage, intimidatie of geweld.
Goed

Fout
Vraag 4 of 20

4. Vraag
Bij premiebetaling van een verzekering wordt gesproken over de respijtperiode.
Wat betekent de respijtperiode?
- Na de eerste premiebetaling heb je 14 dagen wettelijke bedenktijd om de verzekering zonder opgaaf van reden op te zeggen.
- De dekking van de verzekering wordt niet direct opgeschort bij te late betaling.
- Er moet minimaal 14 dagen zitten tussen het afsluiten van de verzekeringsovereenkomst en de inning van de eerste verzekeringspremie.
Goed

Fout
Vraag 5 of 20

5. Vraag
Wat wordt bedoeld met “aard van de zaak” bij een schade en uitkering van een verzekering?
- Een minderwaardige eigenschap van een zaak, waardoor er schade kan ontstaan. Bijvoorbeeld gaspedaal van een auto die door een fabricagefout blijft vastzitten.
- Een schade die voortvloeit uit de normale specificaties van het product. Bijvoorbeeld als er slijtage optreedt aan een auto of bederf van verse producten.
- Een fout die gemaakt de verzekerde/verzekeringsnemer maakt waardoor schade ontstaat.
Goed

Fout
Vraag 6 of 20

6. Vraag
Wat is een onopzegbare verzekering
- Dat een verslechtering van gezondheidsrisico’s of verslechtering van de schadeloop niet tot een beëindiging van de verzekering kan leiden.
- Dat zowel de verzekeraar als de verzekeringsnemer de polis niet kunnen beëindigen.
- Dat een verzekeringsnemer de polis niet kan beëindigen maar de verzekeraar wel.
Goed

Fout
Vraag 7 of 20

7. Vraag
Er is schade ontstaan aan een woonhuis door vandalisme.
Welke woonhuisverzekering soort verzekert vandalisme?
- De gewone woonhuisverzekering.
- Uitgebreide gevarenverzekering (UGV)
- Extra uitgebreide gevarenverzekering (UGV+)
- Allrisk-woonhuisverzekering.
Goed

Fout
Vraag 8 of 20

8. Vraag
Welke schade dekt de wettelijke aansprakelijkheidsverzekering (WA) van een motorrijtuig?
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van derden.
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van de verzekeringsnemer.
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van de verzekeringsnemer en derden.
Goed

Fout
Vraag 9 of 20

9. Vraag
Wat is schuldaansprakelijkheid bij een aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren (AVP)?
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van derden.
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van de verzekeringsnemer.
- De motorrijtuigenverzekering dekt de schade van de verzekeringsnemer en derden.
Goed

Fout
Vraag 10 of 20

10. Vraag
Geldt er vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw) een verzekeringsplicht?
- Nee, de Zvw is gekoppeld aan een volksverzekering waardoor iedere ingezetene van rechtswege is verzekerd.
- Nee, het verzekeren is vrijwillig.
- Ja, vanuit de Zvw is er een verzekeringsplicht bij een zorgverzekeraar.
Goed

Fout
Vraag 11 of 20

11. Vraag
Hoe wordt een levensverzekering genoemd met een uitkering ineens ?
- Een kapitaalverzekering.
- Een renteverzekering.
- Een lijfrenteverzekering.
Goed

Fout
Vraag 12 of 20

12. Vraag
Op welk moment kan een uitgestelde tijdelijke oudedagslijfrente op z’n laatst starten met de uitkeringen?
- Een jaar na de AOW leeftijd.
- Twee jaar na de AOW leeftijd.
- Vijf jaar na de AOW leeftijd.
- Tien jaar na de AOW leeftijd.
Goed

Fout
Vraag 13 of 20

13. Vraag
Welke medewerkers mogen nog prepensioen opbouwen?
- Medewerkers geboren voor 1 januari 1950.
- Medewerkers geboren voor 31 december 1950.
- Medewerkers geboren voor 1 januari 1951.
- Medewerkers geboren voor 1 januari 1952.
Goed

Fout
Vraag 14 of 20

14. Vraag
Wat wordt verstaan onder “huurdersbelang” bij een bezitsverzekering voor bedrijven?
- Roerende zaken die een ondernemer gebruikt voor de uitoefening van het bedrijf. Kantoormeubilair, winkelinrichting, machines etc.
- De verbeteringen aan een gehuurd gebouw of ruimten zoals betimmeringen, kasten etc.
- Alle inboedel dat in een gehuurd object staat.
Goed

Fout
Vraag 15 of 20

15. Vraag
Waarom is het verstandig om een beroepsaansprakelijkheidsverzekering (BAV) af te sluiten?
- Om het bedrijfsvermogen te beschermen tegen aanspraken van derden.
- Om de juridische kosten te dekken die voortkomt uit geschillen en claims met derden.
- Om de zuivere vermogensschade te dekken = schade aan vermogen zonder schade aan zaken of personen te dekken veroorzaakt door beroepsfouten.
Goed

Fout
Vraag 16 of 20

16. Vraag
De maximale duur van de Werkloosheidswet (WW) is op dit moment 38 maanden.
De Werkloosheidswet (WW) wordt stapsgewijs afgebouwd tot aan 2019. Wat is de maximale duur vanaf 2019?
- 24 maanden.
- 28 maanden.
- 36 maanden.
- 38 maanden.
Goed

Fout
Vraag 17 of 20

17. Vraag
De Nederlandsche Bank houdt prudentieel toezicht.
Wat betekent prudentieel toezicht?
- Het toezicht houden op de financiële gezondheid van de financiële instellingen (individueel en het hele stelsel).
- Het toezicht op de markten van betalen, sparen, lenen, beleggen en verzekeren.
- Het toezicht houden ter voorkoming van witwassen en financiering terrorisme.
Goed

Fout
Vraag 18 of 20

18. Vraag
Bij welke organisatie moet een kredietinstelling een vergunning aanvragen?
- De Nederlandsche Bank.
- De Autoriteit Financiële Markten.
Goed

Fout
Vraag 19 of 20

19. Vraag
Waarom moet een consument beschermd worden bij het sluiten van financiële overeenkomsten? (meerdere antwoorden mogelijk).
- De kwaliteit van een financieel product is niet altijd direct voor een consument in te schatten.
- Een consument heeft weinig ervaring met het afsluiten van een financieel product.
- De aanbieders handelen niet altijd in het belang van de klant.
- Er zijn complexe producten waarvan de gevolgen voor de consument niet goed zijn te overzien.
- Niet alle aanbieders hebben een vergunningsplicht, waardoor de kwaliteit van de financiële producten niet altijd voldoende is.
Goed

Fout
Vraag 20 of 20

20. Vraag
Wat is een Ultimate benificial owner (UBO)?
- Een persoon met een verhoogd risico op witwassen of financiering terrorisme.
- Een politiek prominent persoon.
- De uiteindelijke belanghebbende van een vennootschap.
Goed

Fout

Wft 02 – Oefenexamen Wft basis

Oefenexamen 06

Quiz samenvatting

Informatie

Resultaten

Resultaten

Categorieën

1. Vraag

2. Vraag

3. Vraag

4. Vraag

5. Vraag

6. Vraag

7. Vraag

8. Vraag

9. Vraag

10. Vraag

11. Vraag

12. Vraag

13. Vraag

14. Vraag

15. Vraag

16. Vraag

17. Vraag

18. Vraag

19. Vraag

20. Vraag